Piet wilde van jongsaf aan kapucijn en missionaris worden. Hij ging naar het kleinseminarie van de kapucijnen in Langeweg. In 1944 werd het zwaar beschoten en vernield. Er volgde een uittocht van alle studenten en leraren, Piet met anderen gingen naar een noodgebouw eerst in Eindhoven, later in Tilburg.
In 1949 trad hij in bij de kapucijnen in Enschede, met 19 anderen. In 1956 werd hij priester gewijd. Meteen ontving hij de missie om naar Sumatra te gaan. Maar wegens de politieke ontwikkelingen kregen Nederlandse missionarissen geen visum voor Indonesië. Aan het eind van het jaar werd hem gevraagd om naar Tanganyika te gaan, zoals Tanzania toen nog heette. Hij leerde Engels en op 21 mei 1959 vertrok hij naar Tanzania samen met twee ander jonge kapucijnen. Het was van oudsher een missiegebied van de Zwitserse kapucijnen.
Hij werd assistent van een Zwitser in Igota, om Swahili te leren en te wennen aan de cultuur. Na een jaar al werd hij tien jaar begeleider van de zusters uit Veghel, die werkzaam waren in de verpleging in een kleine ziekenhuis. In die jaren groeide er een sterk nationaal bewustzijn en het missieziekenhuis moest een regeringshospitaal worden. Dat werd een conflict dat erop uitdraaide dat zowel Rafael, de zuster-directrice als de arts-directeur ontslagen werden. Piet vertrok naar Mitole waar een andere kapucijn op verlof ging.
Van half 1972 tot half 1973 ging hij een jaar lang op verlof. Hij volgde daarna een klinische pastorale vorming in Vught en was pastor in Udenhout. In juni 1973 keerde hij terug naar Tanzania. Tot 1978 was hij in Ukonga, samen met kapucijn Moussault. In 1981 ging hij na zijn verlof naar Dar es Salaam en werd eenzame pastoor in Msimbazi, een grote groeiende parochie. Hij werd gesloopt door de zware druk van het werk. Hij keerde terug naar Ukonga. Ook daar ontstond er een conflict met ambtenaren die de missiegronden aan de moslims wilden geven. Dat is ze niet gelukt. Maar Piet had te veel spanningen opgelopen en kreeg hartklachten.
In 1987 werd Piet van Laarhoven bestuurslid van de vice-provincie van Tanzania. In 1988 bouwde hij in Ukonga een kraamkliniek en vernieuwde hij de kerk. Hij begon daar als pionier aan de opbouw van kleine christelijke gemeenschappen. In 1992 bereidde hij de komst voor van de eerste Afrikaanse pastoor voor.
Er volgden enkele jaren van veel verplaatsingen. Van 1999 tot 2004 was hij pastor in Vingunguti. De kapucijnenprovincie was intussen volwassen geworden. Piet is in totaal 15 jaar lid geweest van de zich ontwikkelende kapucijnenprovincie.
In 2004 keerde hij definitief terug naar Nederland. Hij stelde zich op de hoogte van de ontwikkelingen in Nederland. Hij werd pastor in Heerlen. In 2008 kreeg hij hartproblemen en revalideerde hij enkele maanden in Tilburg. Hij keerde terug naar Heerlen. In 2010 gebeurde hetzelfde.
In 2017 kwam hij in klooster-Tilburg te wonen. Zijn lichamelijke en vooral zijn geestelijke gezondheid gingen achteruit. Langzaamaan begon hij zijn decorum te verliezen. Hij bleef humoristisch, maar zijn geduld streed met zijn onrust. Meestal overwon zijn onrust. Zijn neiging om te eten te drinken was onbedwingbaar.
Piet van Laarhoven heeft keihard gewerkt en hij was gezien. Wij kunnen die aftakeling van de laatste jaren vergeten en hem eren zoals hij was in de kracht van zijn leven. Geen heilige, maar een krachtige man die als kapucijn zijn jeugdideaal meer dan waar heeft gemaakt.
Moge hij rusten in vrede.
Piet van Laarhoven OFMCap
Geboren op: 4 april 1930 te Eindhoven
Kapucijn vanaf: 1949
Gestorven op: 19 juni 2023 te Tilburg
Begraven op: 24 juni 2023 op de Gedenkplaats van de kapucijnen te Velp

De kapucijnennieuwsbrief
Wil je op de hoogte blijven van de kapucijnen en hun inzet? Meld je dan gratis aan voor onze maandelijkse “KAPNEWS”. www.kapucijnen.com/nieuwsbrief