Ton van de Spijker werd in Best geboren op 17 juli 1936. Hij hield altijd van kunst en schone vormen. Toen hij 19 jaar oud was trad hij in bij de kapucijnen, kreeg de kloosternaam Herman, deed een jaar later zijn professie en werd in 1962 priester gewijd door bisschop Bekkers. Hij werd aangewezen om moraal theologie te studeren in Rome aan de Gregoriana Universiteit. Daar sprak hij binnen korte tijd perfect Italiaans. Door de gesloten sfeer van deze instelling in Rome studeerde hij vanaf 1965 in Würzburg pastoraal-theologie. Hij rondde dat af maxima cum laude en hij publiceerde zijn eerste boek in het Duits, dat hij ook moeiteloos onder de knie had gekregen. Hij sloot zijn dissertatie-onderzoek summa cum laude af in Fribourg in Zwitserland. Daar was hij ook begeleider, vele jaren lang, van een jongerengroep. Hij werd liefkozend Playboy Gottes genoemd, omdat hij de enige priester was die danste en er altijd voor hen was, en omdat zijn lange witte haren bijzonder waren.
Hij studeerde kort in Zürich en Los Angeles en keerde terug naar Nederland als ziekenhuispastor in Deventer van 1971 – 1977. Heel zijn leven lang heeft hij aan iedereen die iets bijzonders meemaakte, een lieve brief of e-mail geschreven, intens en attent.
Hij werd daarna docent pastoraaltheologie aan de Hogeschool voor Theologie en Pastoraat in Heerlen. Hij was daardoor ook verbonden aan de Katholieke Universiteit in Nijmegen en het Universitair Centrum voor Theologie en Pastoraat in Heerlen, tot 2001.
Hij is daarna lid geweest van de Franziskanische Akademie in Duitsland. Hij was gastdocent in Münster.In 1993 bereikte hij het hoogste in wetenschappelijk opzicht het dubbele doctoraat. De eisen daarvoor waren bijzonder hoog. Hij tekende sindsdien altijd als afzender met Dr Dr A.M.J.M. van de Spijker OFM Cap.
Wat door alle successen heen opvalt was het aantal ziekenhuisopnamen dat hij moest ondergaan wegens uiteenlopende kwalen. Op den duur bleek dat hij steeds spaarzamer was met mede-delingen omtrent zijn lichamelijke toestand.
Eveneens opvallend was dat de titels van zijn grotere werken, afgezien van de stroom van kleinere publicaties, genomen leken te zijn uit zijn eigen leven. Die gleichgeslechtliche Zuneigung, Pastorale Kompetenz, Narzisstische Kompetenz, Selbstliebe, Nächstenliebe.
Hij volgde een cursus elektronische bibliotheekwetenschap, maar computers en Herman waren geen grote vrienden.
De laatste jaren was hij bibliothecaris van de Nederlandse kapucijnen en hij heeft duizenden boeken geschonken aan de kapucijnenbibliotheken van Leuven, Münster, Wenen en Rome. Daar was hij trots op. Zijn eigen afdeling in de Centrale Kapucijnenbibliotheek in Rome was voor hem een andere reden om fier te zijn.
Hij had een leven vol wetenschappelijk activiteit. Hij woonde in het huis van zijn familie, schermde zich af van de wereld en is in zelfgekozen eenzaamheid gestorven rond 12 mei 2022.
Moge hij rusten in vrede.